culturalhistorytest

Internship

Internship: Van geschiedenis naar actualiteit

Door Wisanne van ‘t Zelfde

 

Al sinds mijn twaalfde is het mijn grote droom om journalist te worden en voor een krant te schrijven. Ik ben geïnteresseerd in bijzondere verhalen. Daarom ben ik geschiedenis gaan studeren. In mijn tweede jaar werd ik redactielid bij de Aanzet en de Argus, twee tijdschriften van de Utrechtse Historische Studenten Kring. Voor de Aanzet redigeerde ik artikelen van medestudenten en schreef ik boekrecensies en interviews. Voor de Argus dook ik in het verleden om pareltjes van historische gebeurtenissen te vinden en te beschrijven.

Het redactiewerk lag mij goed en daarom vatte ik het idee om na mijn master Cultuurgeschiedenis de master Journalistiek en Media aan de Universiteit van Amsterdam te volgen. Bij deze master worden maar weinig studenten toegelaten. Daarom ging ik op zoek naar een journalistieke stage om relevante werkervaring op te doen.

Dit was makkelijker gezegd dan gedaan. Ik schreef alle Nederlandse dagbladen aan, maar van de meeste kreeg ik te horen dat ze liever een stagiair met een journalistieke opleiding aannamen. Bij het Nederlands Dagblad mocht ik op gesprek komen. Deze dagkrant heeft een overwegend christelijk lezerspubliek. In januari deed ik een meeloopdag, omdat de hoofdredactie wilde weten of ik geschikt zou zijn als stagiair. Het vroor die dag verschrikkelijk in het noorden van het land. Samen met een andere journalist werd ik eropuit gestuurd om een reportage over het winterweer in Groningen te maken. Een simpele klus, maar erg leuk om te doen. Na deze meeloopdag werd ik aangenomen.

Omdat ik geen ervaring had met het tikken van nieuwsberichten, ging ik eerst vier weken naar de buitenlandredactie. Ik begon echt op nul. Ik had geen idee waar ik mijn nieuws vandaan moest halen en hoe je een pakkend nieuwsbericht schrijft. Dit bleek gelukkig allemaal te leren. Iedere ochtend scande ik eerst buitenlandse online media om te bepalen welk nieuws relevant was voor onze krant. Daarna volgde een vergadering met de dagchefs van iedere redactie. Hierbij werd de krant van die dag besproken en werden ideeën aangedragen voor de krant van de volgende dag. De rest van de dag kon ik besteden aan mijn artikel.

Na vier weken voor de buitenlandredactie gewerkt te hebben, stapte ik over naar de redactie cultuur, media & wetenschap. Bij deze redactie kon ik mijn liefde voor de geschiedenis kwijt. Rond 5 mei publiceerde ik een interview met een Duitse mevrouw. In de nasleep van de Tweede Wereldoorlog was haar familie uit Oost-Duitsland verdreven door Sovjetsoldaten. Ik vond het een eer om dit indrukwekkende verhaal op te mogen schrijven. Bij het Nederlands Dagblad kreeg ik alle vrijheid om te publiceren. Ik heb dan ook een groot aantal reportages, interviews en nieuwsberichten mogen maken.

Ik raad iedereen aan om stage te lopen. Na al die jaren studeren, wordt het tijd om je kennis in de praktijk te brengen en ervaring op te doen op de werkvloer. Laat je niet afschrikken als je in eerste instantie wordt afgewezen voor een stageplaats. De aanhouder wint! Ik heb aan mijn stage uiteindelijk een plaats binnen de master Journalistiek en Media overgehouden.